Laatst kreeg ik de vraag: "Wat is eigenlijk je intentie met de schrijverij over ds. Blok en opoe Ruit?" Deze vraag en andere die ik recent via Instagram kreeg, hebben me aan het denken gezet. In dit creatieve interview wil ik graag wat meer vertellen over mijn intentie en schrijfproces. Hopelijk wordt mijn bedoeling zo duidelijker—al blijft er misschien een vleugje mysterie hangen.
😌 Schrijvers, hè?
Het is net alsof ik een oud fotoalbum opensla en mezelf zie met een kapsel waar ik nu liever niet mee gezien wil worden! Het blijft apart om die jongere versie van mezelf te bekijken, vooral als ik me realiseer hoe diep mijn identiteit verweven was met de cultuur, de mensen om me heen, en de verwachtingen binnen mijn christelijke gemeente. Steeds meer besef ik hoe sterk je omgeving je manier van denken beïnvloedt.
2. Vind je het moeilijk om persoonlijke dingen te delen die gevoelig liggen bij mensen die ook het de GerGem komen (of daar nog zitten)
In het begin wel. Maar naarmate het duidelijker werd dat dit de weg was die ik moest gaan als auteur, begon ik die moeilijkheid meer als een kans te zien om iets waardevols te delen.
3. Was het confronterend om je oude dagboeken en brieven terug te lezen?
Ja, absoluut. Het herinnerde me aan de strijd en twijfels die ik toen had. Het is alsof ik naast mezelf zit en als een toeschouwer kijk naar die jonge versie van mij. Soms ben ik geschokt dat ik bepaalde dingen toen niet als onbijbels herkende.
Ik worstel daar mee. Ik wil eerlijk zijn over mijn ervaringen, maar ook respectvol met de mensen die de Heere een plek gegeven heeft en een rol mochten spelen in mijn leven. Ik ervaar vrijheid om oprecht te zijn zonder te oordelen.
Dus "vragensteller", de intentie en de twee personen die je noemde, zijn cruciaal voor mijn verhaal. Zonder hen kan ik mijn verhaal goed vertellen, want de Heere heeft elk van hen een plek in mijn leven gegeven. Ds P. Blok in het echt, opoe Ruit door middel van zijn preken.
5. Waarom is het belangrijk om verhalen over een gesloten geloofscultuur te delen?
Omdat het anderen herkenning en troost kan bieden. Het laat zien dat er hoop is, zelfs in situaties die uitzichtloos lijken. Daarnaast biedt het ook een inkijkje voor mensen die deze wereld van binnenuit niet kennen, zodat ze begrijpen waar anderen mee worstelen op het gebied van geloof en zekerheid.
Iets anders gezegd:Ik wil het boek schrijven dat ik zelf zo nodig had toen ik op mijn 17e tot geloof kwam. In de boeken die ik las, miste ik iets wat ik toen niet onder woorden kon brengen. Elke bekeringservaring volgde hetzelfde patroon, en ik begon mezelf te verliezen in een religieus mechanisme van het najagen van een ervaring die ik niet had. Het belemmerde mijn zicht op Christus. Daarom schrijf ik nu het boek dat ik zelf nodig had. Mijn hoop is dat wie het leest, niet alleen herkenning maar ook bemoediging en nieuwe inzichten vindt. Het idee dat mijn verhaal iemand kan helpen, geeft me de kracht om kwetsbaar te zijn. Want ik moest echt iets overwinnen om mijn verhaal te durven delen.
Ik ben opgegroeid onder een prediking van ds. P. Blok, waarin het echt moeilijk was om zekerheid te vinden over de vergeving van je zonden. Ik schrijf hierover omdat ik hoop dat het anderen moed geeft—om te zien dat ondanks dat, de Heere wegen opent naar zekerheid en vrede in Hem. Hij zocht mij, Hij vond mij en ik ben er zeker van dat mijn verhaal getuigt van Gods goedheid en geduld; Hij laat niet los wat Zijn hand begon.
7. Welke rol spelen herinneringen en objecten in je schrijfproces?
Die spelen een belangrijke rol. Ze brengen me terug naar specifieke momenten en helpen me om er dieper in te duiken. Gebed zie ik als het allerbelangrijkste in dit proces. Zonder de Heere zou ik dit niet kunnen schrijven. Zonder Hem zou ik niks met al die herinneringen en objecten kunnen doen.
8. Hoe lang ben je van plan om te doen over "Dagboek van een GerGem meisje"?
Volgende maand hoop ik 57 te worden. Ik zou het leuk vinden als ik mijn boekje rond mijn zestigste in handen heb. Maar ik houd er ook rekening mee dat het misschien niet afkomt, en dat is ook goed. Door wat ik op Instagram deel, heeft mijn verhaal al veel mensen bereikt en zijn er waardevolle contacten onststaan. Dus ook zonder het boek voelt het alsof mijn verhaal al met mensen gedeeld wordt.
9. Op een reformatorisch forum vonden een paar mensen dat je met je schrijfsel richting zonde tegen het negende gebod ging. Wat deed dat met je?
Dat raakte me toen. Toch geloof ik dat het delen van wat de preken van ds. P. Blok met me deden geen overtreding is van het negende gebod. Het verkeerde hoeft niet verzwegen te worden. Je kunt er liefdevol over schrijven. De focus ligt op de grootheid van de Heere, die sterker en machtiger is dan alle moeilijkheden die kerkmensen, in hun onwetendheid of heilige ijver, kunnen veroorzaken.
10. Hoe ga je dan schrijven over nog levende ambstdragers?
Bij overleden dominees noem ik de namen wel, omdat hun publieke rol in het kerkelijk leven een historisch feit is. Het gaat dan om het beschrijven van een invloed die zij hadden en hun nalatenschap binnen de gemeente. Deze personen zijn onderdeel geworden van de geschiedenis en worden vaak al genoemd in boeken of archieven, waardoor het minder gevoelig ligt om hun namen te gebruiken.Voor nog levende dominees en ouderlingen ligt dit anders. Omdat zij nog in functie kunnen zijn of hun leven verder willen leiden zonder aandacht uit het verleden, wil ik zorgvuldig omgaan met hun privacy. Daarom kies ik ervoor om hen vooraf te informeren en eventueel pseudoniemen te gebruiken of namen door te strepen in officiële documenten.
11. Iemand zei iets als: ik begrijp dat zij moeilijke dingen heeft meegemaakt in haar jeugd, zoals Bert Noteboom.
Ik weet daar niks van. Wanneer hij of zij iets speciaals weet dat ik gemist heb (iets moeilijks in mijn jeugd) ben ik heel benieuwd. Misschien het overlijden van mijn vriendinnetje?
Als ik naar een psycholoog ga, dan trek ik hem aan zijn jasje en vraag: 'Hoe verwerk ik al die kritiek op mijn boek voordat het zelfs helemaal op papier staat?' Maar serieus, dit boek is geen verwerking van oud zeer. Het gaat over de donkere momenten uit mijn leven waar ik lessen uit heb getrokken en waar Gods licht overheen geschenen heeft. Ik wil schrijven ter bemoediging en ter waarschuwing. Ik ontken niet dat het wel wat met me doet.
13. Wat vind je moeilijk op dit moment in het schrijfproces?
Het is lastig wanneer mensen zeggen: "Je hoeft niet zo zwaar te denken," terwijl ze niet beseffen dat ik een boek schrijf over mijn verleden en niet over mijn "nu". Ik vind het ook moeilijk om uit te leggen waarom ik jarenlang twijfelde aan de vergeving van mijn zonden.
14. Je deelt ook stukjes op een gesloten Instagram account. Krijg je daar veel negatieve reacties?
Nee juist omgekeerd en dat verraste me. Verder wil ik daar niet zo veel over kwijt. Wat mensen privé zeggen houd ik privé. Je kunt natuurlijk altijd nog mijn Insta volgen. Kom er gezellig bij.
15. Zijn alle Gereformeerde Gemeenten zoals de gemeente waarin jij ben opgegroeid?
Nee, zeker niet. Dat zal in mijn boek naar voren komen. Maar ook vandaag de dag zijn er nog steeds gemeenten die in veel opzichten vergelijkbaar zijn met de situatie van toen in Kootwijkerbroe
Iemand vroeg of ik alleen negatieve herinneringen had en toen deelde ik deze snippet (die nog verder uitgewerkt moest worden).
Hieronder wat ik deelde.
𝗨𝗶𝘁 𝗺𝗶𝗷𝗻 𝗱𝗮𝗴𝗯𝗼𝗲𝗸
Eindelijk ging de schoolbel. Ik rende naar huis. Toen ik de deur opendeed rook ik het al: de dominee was geweest. Het stonk naar sigaar en mijn moeder had rode ogen van het huilen.
Papa probeerde haar uit de put te praten, maar het hielp geen zier. Ze bleef zich schuldig voelen omdat ze niet tegen de dominee in durfde te gaan; hij zei kwade dingen over goede mensen en Philpot was vuilpot. Over dat laatste haalde papa zijn schouders op, “Het is de dominee maar!”, zei hij.
Ik kieperde de asbak leeg in de prullenbak. De geur van de dominee bleef lang hangen en mama’s verdriet ging niet over.
Of deze?
Uit mijn dagboek:
Ik wilde wel dat de koningin elke dag jarig was. Want dan gaan wij naar zendingsdag. Mama en ik maken bolletjes klaar: een paar met ham, een paar met kaas, en ze gaan allemaal in de lange groene doos. Dan rijden we naar Barneveld. Daar stappen we in de bus naar Hilversum. Dat alleen al is een feestje.
De expohal is wel tien keer zo groot als onze kerk. De mensen die er zijn kijken allemaal blij. Ik zie maar weinig mensen met zwarte kleren en ik wil aan mama vragen of ze dat niet erg vindt, zo weinig bekeerde mensen, maar ze zat te ver weg om haar aan te stoten.
Dominee V. bracht de groeten uit Irian Jaja en toen hij zoveel mooie dingen vertelde dacht ik opeens: ik ga zendingszuster worden. Dan moet ik nog wel even kijken of ik bekeerd word natuurlijk. Weet je wat het fijnste is van die hele zendingsdag? Dat ik een boek mag uitzoeken in de pauze. Ik kies Feng de weesjongen. Die ziet er zo leuk uit met een blauwe kaft en als we terug naar huis rijden, ga ik er lekker in lezen.
Mama hoefde er geen één keer uit en ze huilde ook niet. Dat doet ze alleen in onze eigen kerk. De bolletjes met kaas zijn het lekkerst. Ik wilde wel dat het elke zondag zendingsdag was.
#zendingsdag #zeventigerjaren #reformatorisch
😩 Daar werd negatief op gereageerd.
---
Via deze blog deel ik regelmatig een kijkje achter de schermen van mijn schrijfproces. Te theologisch allemaal? 🤔 Geen probleem! Spring snel over naar mijn andere blog over het wonder van het gewone.
PS: De plaatjes komen van mijn Instagram
Nu, dat is een heel verhaal. Ik begrijp je wel. Maar ben van plan van insta af te gaan en Facebook. Dus zal ik niet verder kunnen lezen.
BeantwoordenVerwijderenJannie, ik begrijp wel waarom je wilt stoppen. We houden contact met elkaar via whats-app. Liefs.
VerwijderenMooie antwoorden geef je! 'Liefdevol' is wel een woord dat bij je past. Bij 12 moest ik even lachen:) Ik dacht eerlijk gezegd ook even dat je alles aan het verwerken was... Ik wil je boek graag lezen als hij uit is! Ik zou er ook de plaatjes bij doen, dat leest fijn!
BeantwoordenVerwijderenLieneke, jaaaren geleden... in 2000 schreef ik een openhartig verhaal over de laatste twee jaar dat we in de GerGem zaten. Dat schreef ik wel om dingen te verwerken. Nu is het anders...
VerwijderenQuote van jou: "Ik ben opgegroeid onder een prediking waarin het echt moeilijk was om zekerheid te vinden over de vergeving van je zonden".
BeantwoordenVerwijderenZo heel erg herkenbaar. Het maakte mij als kind en tiener zwaarmoedig, want een uitweg of oplossing werd niet geboden.Al was het niet helemaal gergem, maar pauwiaans met een vleugje gergem oid. Zoveel herinneringen...
Dank voor al je bijdragen.
Maar Hij zag mij en nu zoveel jaren verder terugkijkend, is dat juk toch omgedraaid in een zegen met veel begrip voor mensen die in die wereld nog aan het zoeken zijn. Zegen en shalom, Hadassah